21
Mr. C. A. van Dam, I
A. H. de Bruijn, i aftredende in 1874.
J. A. van der Burgh,
o- A. van Aken, 1874.
VERSCHILLENDE STEDELIJKE AMBTENABEN,
waaronder niet bezoldigde met een zijn
aangeduid.
*Aken, (J. A. van) Commissaris der Vischmarkt.
Bogaerts, (A. ,T.) Stadsaanplakker.
♦Bouwens, (A. J.) Ópper-Commissaris der stads-arbeiders.
Breugel, (A van) Torenwachter.
Cuijpers, (A. J. F.) Architect.
Ernst, (A.) Bode hij het burgerlijk armbestuur.
Gent, (J.) Torenwachter.
Glas, (M. de) Omroeper.
Grimberg, (M. J.) Keurmeester der visch.
Heuvel, (G. van den) Portier van het Valkenberg.
Kakerkon, (W. van) Directeur der Gasfabriek.
Kerkoerle, (II. A. van) Opzigter hij de Gasfabriek.
Kerkoerle, (A. A. van) Deurwaarder.
Koremans, (J.) Keurder van het vee en vleesch.
Kwisthout, (A.) Marktmeester.
■Swane, (W.) Keurmeester der visch.
Verdaasdonk, (C.) Klokkenist.
Vermeulen, (Ch.) Rentmeester van het burgerlijk armbestuur.
Vermeulen, (F.) Klerk bij het burgerljjk armbestuur.
Vervat, (D.) Concierge van het ziekenhuis.
Vlaminkx, (J.) Gaarder van bruggelden,, en Commissaris bij
de stads-arbeiders.
Vossenaar, (W.) Gaarder van regten en loonen, Haven- en
Waagmeester, Afslager der visch.
